Pieter Fannes
Biografie
Pieter Fannes (1982) is doctor in de geschiedenis en publiceert sinds 2018 kinder- en volwassenenboeken als illustrator. In 2022 bracht hij met bioloog Geert-Jan Roebers het boek 'Soortenschat' uit bij Gottmer Uitgevers. Dit werk maakt jonge en minder jonge lezers op speelse wijze wegwijs door de natuur in hun omgeving. Met meer dan 500 tekeningen is dit boek een ware schatkamer aan illustraties.
Eerder bracht Pieter ook het boek 'Live. Jazzconcerten op papier' (Bries, 2018) uit, een boek waarin het concept improvisatie via tekst en tekeningen verkend wordt. Als gepassioneerde muziekliefhebber en amateurpianist staat hij ook regelmatig als tekenaar op scène met jazz- en klassieke muzikanten. In 2024 verscheen 'Our Wild Garden' bij de Londense uitgeverij Pushkin Press, het verhaal van een gezin dat hun tuin omtovert in een toevluchtsoord voor dieren en planten.
Tijdens zijn lezingen over 'Soortenschat' neemt Pieter het publiek niet alleen mee op tocht door het boek, maar ook door zijn persoonlijke werkproces. Zo legt hij uit dat het illustreren van dit boek voor hem als stadsmens een ware ontdekking was. Zaken die voor auteur en bioloog Geert-Jan Roebers een evidentie leken, waren voor Pieter nieuw en wonderlijk. Door te vertellen over dit leerproces wilt hij met het publiek delen hoe je de natuur steeds kan leren kennen (en bewonderen).
Uitgelichte titels
Soortenschat
Live. Jazzconcerten op papier
Lezingen
Lezingen over 'Soortenschat'
De natuur heeft zo veel te bieden, maar soms is het lastig om er wegwijs in te geraken. Soms lijkt het alsof je een vreemde taal hoort waarvan je geen enkel woord begrijpt. Dat is niet meer zo na het lezen van 'Soortenschat', een non-fictieboek dat een schat aan informatie en illustraties biedt van de meest voorkomende planten en dieren in Nederland en België. Meer dan honderd soorten worden op een aanstekelijke en overzichtelijke manier voorgesteld, begeleid door eenvoudige trucjes en mopjes die helpen om hun namen en voornaamste kenmerken te onthouden. Het is dan ook geen gids bedoeld om mee te nemen op uitstap, maar een boek dat je kan lezen en herlezen om zo een stevige basis te leggen voor de exploratie van je eigen omgeving.
Voor de lezingen rond 'Soortenschat' voorziet Pieter in de eerste plaats hands-on workshops, gericht op kinderen. Hij toont hen hoe de samenwerking tussen schrijver en tekenaar verloopt en gaat dieper in op de uitwerking van de tekeningen, van eerste schets tot finale schilderwerk. Daarbij laat hij het publiek ook kennismaken met de materialen waarmee het boek is getekend (potlood, acrylverf, penselen, pennetjes en Chinese inkt).
Het actieve gedeelte, waarbij de groep zelf aan de slag gaat met het tekenen van planten- en diersoorten, vindt Pieter het leukst. Het gaat daarbij niet zozeer om het eindresultaat maar om het aandachtig leren kijken naar de wereld om je heen. Dát is tenslotte de kern van het boek 'Soortenschat'. Hoewel dieren en planten uiterst complex zijn, kan je volgens Pieter met een aantal eenvoudige basismodellen relatief snel een leuk resultaat bereiken. Wanneer je die basis lichtjes aanpast kan je bijvoorbeeld makkelijk een andere soort creëren. Zo kan je een koolmees in een pimpelmees transformeren door de kleur van zijn kapje en buik aan te passen. Een bij en een wesp? Wie goed let op de taille, het haar en de kleur kan ze makkelijk uit elkaar houden en haast even makkelijk op het papier krijgen. Ook het tekenen van bomen kan je jezelf aanleren met een aantal eenvoudige basisprincipes. Eens je die onder de knie hebt kan je beginnen variëren: de loodrechte vertakkingen van de linde zijn onmiddellijk herkenbaar, net als de warrige kronkeltakken van een oude eik of de armen van de populier die hoog de lucht in reiken. Maar de kinderen kunnen natuurlijk ook zelf nieuwe soorten uitvinden!
Tenslotte staat Pieter ook graag stil bij de ezelsbruggetjes die doorheen het boek zo belangrijk zijn. Zo eet de ijsvogel uit 'Soortenschat' een ijsje – dat beeld helpt om de naam te onthouden. Toch zijn deze 'linkjes' niet altijd zo voorspelbaar: bij het wilgenblad staat bijvoorbeeld een jongen op een kano, en bij de vliegenzwam een kabouter met een gitaar. Waarom net die afbeeldingen? Hoe werken de visuele mopjes of woordspelingen hier, en helpen ze om zich vast te zetten in ons geheugen? Of kan de groep zelf misschien een beter alternatief vinden? Vanuit deze insteek wil Pieter de kinderen ook tools aanbieden om hen bewust te leren omgaan met het onthouden en opslaan van kennis.
De workshop kan ook gegeven worden voor leerkrachten, met het idee dat zij op hun beurt de elementen uit de workshop kunnen gebruiken om er in hun klas mee aan de slag te gaan.
Lezingen over 'Live. Jazzconcerten op papier'
Tijdens deze lezingen, die bedoeld zijn voor een volwassen publiek, gaat Pieter in op de eigenheid van improvisatie en hoe tekeningen, muziek en tekst elkaar hierin kunnen vinden. Dit alles gebeurt aan de hand van illustraties en teksten uit het boek, maar ook vanuit filmfragmenten die jazz ontleden als een visueel en theatraal gegeven.