Johanna Pas (1969) werd geboren in het jaar van de eerste maanlanding. Ze groeide op in de koude oorlog en de periode van het beginnende milieubewustzijn. Dat liet zijn sporen na in haar gedichten die compromisloos zowel de kracht als de onmacht van de mens bezingen, en zowel het gevecht met als het verlangen naar de natuur.
Ze kiest ervoor om met zo weinig mogelijk woorden een beeld op te roepen dat rechtstreeks naar een gevoel leidt. Door het ritme in haar teksten blijven de gedichten bovendien als een liedje in je hoofd zingen.
Johanna Pas vertaalde zes romans en een dichtbundel en publiceerde kortverhalen gedichten in diverse literaire tijdschriften.
Ze publiceerde drie dichtbundels: "Alleen met jou", "Soms gaan bomen staande dood", en "De lelijke kleine zeemeermin" over het menselijke onvermogen om zich volledig te geven aan een ander, over de verscheurdheid tussen zich willen binden en vrij willen zijn.
Ze heeft ruime podiumervaring, geeft lezingen en voordrachten, en houdt er vooral van mensen te overtuigen van de kracht van poëzie.
Ze kiest ervoor om met zo weinig mogelijk woorden een beeld op te roepen dat rechtstreeks naar een gevoel leidt. Door het ritme in haar teksten blijven de gedichten bovendien als een liedje in je hoofd zingen.
Johanna Pas vertaalde zes romans en een dichtbundel en publiceerde kortverhalen gedichten in diverse literaire tijdschriften.
Ze publiceerde drie dichtbundels: "Alleen met jou", "Soms gaan bomen staande dood", en "De lelijke kleine zeemeermin" over het menselijke onvermogen om zich volledig te geven aan een ander, over de verscheurdheid tussen zich willen binden en vrij willen zijn.
Ze heeft ruime podiumervaring, geeft lezingen en voordrachten, en houdt er vooral van mensen te overtuigen van de kracht van poëzie.