Leen van den Berg (1956) studeerde geschiedenis en nadien psychoanalyse. Ze schrijft romans, prentenboeken en filmscenario's, organiseert schrijfateliers en geeft les als schrijfdocente in Vlaanderen, Nederland, Zuid-Afrika en Suriname. Ze debuteerde in 1995 met 'In het teken van de dolfijn'. Na enkele avontuurlijke jongerenromans, die ze samen met Beatrijs Peeters schreef, ging ze in 2000 de solotoer op met het magisch-realistische adolescentenroman 'Maskers' en nadien 'Lege ogen', waarvan een succesvolle theaterbewerking werd gemaakt.
'De jongen die uit zijn boom kwam' (2005), een verhaal over een jongen die de echtscheiding van zijn ouders onder ogen leert zien, was haar eerste prentenboek. 'Over lijstjes, pannenkoeken en een geheim plan' was haar eerste roman voor 10+. Met 'Soeur Sourire' schreef ze haar eerste biografie. Onlangs verscheen haar debuutroman voor volwassenen: 'Zoon in Congo'. De auteur ontving voor het schrijven van deze roman een schrijfbeurs van het Vlaams Fonds voor de Letteren. Haar werk is inmiddels veelvuldig vertaald. Haar prentenboek 'De vraag van olifant' zelfs in 11 verschillende talen.
'De jongen die uit zijn boom kwam' (2005), een verhaal over een jongen die de echtscheiding van zijn ouders onder ogen leert zien, was haar eerste prentenboek. 'Over lijstjes, pannenkoeken en een geheim plan' was haar eerste roman voor 10+. Met 'Soeur Sourire' schreef ze haar eerste biografie. Onlangs verscheen haar debuutroman voor volwassenen: 'Zoon in Congo'. De auteur ontving voor het schrijven van deze roman een schrijfbeurs van het Vlaams Fonds voor de Letteren. Haar werk is inmiddels veelvuldig vertaald. Haar prentenboek 'De vraag van olifant' zelfs in 11 verschillende talen.